Een nieuw boek van Mari Maris doet altijd het hart iets sneller kloppen. Ze heeft al zoveel mooie boeken gemaakt dat je denkt, beter kan niet. Maar het kan wel. Ze doet het weer met het boek Groenten. Een enorm groot en zwaar boek met zo’n 700 (geen typefout) recepten en dan ook nog eens een heleboel variaties zodat je waarschijnlijk met gemak over 800 recepten of meer praat. Maar Groenten is zoveel meer dan alleen maar een kookboek. Mari schotelt ons meer dan vijftig groentesoorten, wildpluksels, kruiden en eetbare bloemen voor. Ze beschrijft ze stuk voor stuk en laat een foto zien. Vervolgens krijgen we de recepten met daarbij serveersuggesties en extra informatie over de houdbaarheid. En mocht je dan nog groenten over hebben na de maaltijd dan weet ze ook nog wat je met de restjes kunt doen.
Had ik al gezegd dat dit een enorm groot en zwaar boek is? En weet je wat het nog mooier maakt? Het feit dat Mari alles zelf deed. Ze ontwikkelde de recepten, ze schreef de teksten, ze maakte de oogstrelend mooie foto’s en ze deed ook nog de vormgeving. Het is een prestatie van formaat. De foto’s zijn niet alleen van de groenten en de gerechten maar ook van Mari op haar Franse groenteboerderij en van de omgeving. Bij één op de honderd recepten dacht ik: “dat had ik zelf ook kunnen bedenken”. Blijven er toch negenennegentig van de honderd over waarbij ik dacht “oh maar dat is een lekker recept”.
Erg leuk en interessant zijn de pagina’s waar we kennis maken met de groenten. We lezen over de grondbeginselen en over de voorwaarden waaraan de groente moet voldoen. Dus bijvoorbeeld hoe moet die eruitzien zodat je weet dat het vers is. Heel fijn is het feit dat Mari de hoeveelheden die je per persoon nodig hebt en de beste manier van bewaren aangeeft. En ook de basisbereiding die soms verrassend uit kan pakken. We eten bijvoorbeeld het loof van radijs, rammenas enzovoort gewoon op. Als de groenteboeren tenminste eens ophouden dat eraf te snijden. Sla eten we niet alleen rauw. Het mag ook de pan in. We krijgen verwijzingen naar andere recepten. Zoals bij de pastinaak die we kunnen eten met tijmolie. En die laatste staat dan in het recept Cappellini (hele dunne spaghetti) met groene asperges en tijmolie. We bakken hartige taarten en vullen zelfgemaakte soezen en leven ons uit op de basisrecepten.
In het inkijkexemplaar kun je de hoofdstukken zien. Het is geen doen om het register met recepten te tonen want dat is eindeloos lang. De meest verrukkelijke gerechten komen voorbij. Van een grove tomatensaus met artisjok en koolrabi of een pastinaak in koolblad tot heerlijke olie van groene kruiden en lekkere smeersels. Als het over groenten gaat die niet zo makkelijk verkrijgbaar zijn (amsoi bijvoorbeeld) dan krijgen we een alternatief. Vlees en vis tref je in de recepten niet aan maar niemand zegt dat je die er niet zelf bij mag bedenken. En die namaakburger uit de fabriek? Leer van Mari hoe je die zelf maakt en dan blijkt die ook nog veel lekkerder te zijn.
Wat altijd zo opvalt aan de kookboeken van Mari is het feit dat ze de lezer als een volwassen en best wel verstandig persoon behandelt. Als ze zegt dat je een ui moet snipperen lees je niet dat je die eerst moet pellen. Dat snap je namelijk zelf ook wel. Ze gaat ervan uit dat je eerst een recept leest en dat niet alles voorgekauwd hoeft te worden. Het geeft overigens helemaal niet dat het boek zo groot en zwaar is (had ik dat al gezegd?) dat het niet in de kast past want voorlopig ligt het nog heel lang op de keukentafel om te lezen en uit te koken.
Niets te zeuren over Groenten dus? Weinig tot niets. Tja, ik mis wel groenten zoals peterseliewortel. En ook komkommer zien we wel in recepten maar deze wordt niet apart aan ons voorgesteld.
Ik vind het een prima start voor Groente deel II.
Een topboek en een dikke aanrader!
Groenten | Mari Maris
Nijgh & Van Ditmar | €42,50
ISBN 9789038810744